Amersfoort marathon 2009

EEN VERMOEIEND FEESTJE

Paul Lindeboom

 

Wat doe je als fervent hater van lange duurlopen en van hardlopen op asfalt als je geboortestad een marathon organiseert ter ere van haar 750-jarig bestaan? En de wetenschap dat je vaak luidkeels hebt verkondigd nooit een marathon te zullen lopen? Inderdaad, dan meld je je toch gewoon aan bij de organisatie om mee te doen met wat een feestelijke loop moet gaan worden.

 

Een van de redenen om mijn aversie overboord te gooien, zit ‘m in het feit dat ik geboren en getogen ben langs het uitgestippelde marathonparcours. Buurtje 83 is een in het Soesterkwartier gelegen arbeiderswijk van 4 straten met daarin 83 vooroorlogse woningen die oorspronkelijk bestemd waren voor het spoorwegpersoneel en ligt pal aan het spoorwegemplacement, met daarop diverse loodsen waar reparaties aan wagons uitgevoerd kunnen worden. Daar speelde ik dus in mijn zondagse kleren verstoppertje, op doordeweekse dagen keek je wel linker uit om over de bielzen heen te klimmen. In die tijd kreeg je nog gewoon een ouderwetse schop voor je ….(piep) als je je vertoonde op plaatsen waar je niet mocht komen. Goeie ouwe tijd.

 

De tweede reden werd ingegeven door Lance Armstrong. In een artikel in de Runners World stond vorig jaar beschreven hoe hij zich had voorbereid op de marathon van New York. Met slechts 3 looptrainingen per week, maar wel in combinatie met heel veel fietskilometers. Armstrong finishte in zijn tweede marathon in een fraaie 2u48min, terwijl insiders weten dat de bruggen naar de 4 eilanden en de glooiingen van Central Park een matige eindtijd veroorzaken. Na het lezen van dat artikel is het “nooit” al voorzichtig gewijzigd in “misschien”.

 

Een grote deelname van leden van mijn eigen triathlonvereniging en de bevriende atletiekvereniging (die al vaker gezamenlijk naar grote stadsmarathons afreisden) en personeel uit gebouw Y en de sportgroep van de Bernhardkazerne gaven het laatste zetje in de rug.

Aangezien ik vantevoren wat lichamelijke ongemakken bezat, vond ik het weinig zin hebben om een schema op te stellen. Mijn eerste hoofddoel bestond uit het gezond kunnen verschijnen aan de start, het uitlopen van de marathon was pas doel twee. De onderdelen voor het eerste doel bestonden in de eerste maand uit rustige duurlopen in onverhard terrein, het wegsaneren van intervaltrainingen ten faveure van fartlek (ook grotendeels onverhard) en een keer per twee weken bezoek aan een sportmasseur. Aangezien ik nooit twee dagen achter elkaar kan hardlopen - vanwege permanente kuitklachten loop ik steevast met “Bram Som sokken”, voor mij persoonlijk een van de beste uitvindingen in de 21e eeuw -, zal ook ik nooit meer dan drie looptrainingen per week kunnen uitvoeren maar dat is ook het maximum wat ik plezierig vind. De racefiets is mijn meest geliefde vervoermiddel, ook daar drie trainingen per week en met een rustdag zit de week dan vol gepland. (Vanwege een slijmbeursontsteking kan ik vanaf januari nauwelijks zwemmen. Een geluk bij een ongeluk, want geeft ruimte voor een rustdag die mij anders waarschijnlijk niet gun.) In de standaardschema’s van 12 weken voorbereiding staat elk weekend een lange duurloop opgenomen, vanwege de hekel hieraan maak ik de concessie om dit eens per twee weken uit te voeren. De stelregel dat het lichaam geen spierprikkels meer opneemt na 2,5 uur constante belasting hoefde mij slechts eenmaal verteld te worden en zit verankerd in mijn geheugencellen.

 

14 juni 2009. Het bereiken van de startstreep is wonderbaarlijk gelukt. Alle fysieke klachten die ik bezat zijn verdwenen en ik durf te stellen dat ik op geen enkel moment in de voorbereiding het gevoel kreeg vermoeid te zijn. De lange duurlopen gingen steeds makkelijker en ik moet zelfs bekennen dat ik het als niet onplezierig heb ervaren. Tijdens de run-bike-run tijdens het Defensiekampioenschap Triathlon kon ik zelfs constateren dat het met de snelheid op de relatief korte 5km redelijk goed zat, ondanks het maandenlang ontberen van intervaltrainingen. Het feest kan beginnen.

 

De eerste lus van 5km door de mooie, oude binnenstad van Amersfoort vormt reeds de voorbode van een feestje waarvan je de volgende ochtend wakker wordt met hoofdpijn. Weliswaar de opname van een ludieke passage dwars door de Brandweerkazerne en langs de boorden van de Eem en de gerestaureerde Koppelpoort, maar ook al drie fietstunnels (onder het spoor door) en een dijkopgang (en later weer af). Na terugkomst op de Amsterdamseweg, die in de verte wel wat op de Coolsingel lijkt, richting de dierentuin weer door een (auto)tunnel - geen vlakke weg, maar dalen en stijgen - en over een spoorviaduct. Vlak voor het bereiken van de dierentuin wordt ik gepasseerd door een vlot lopende atleet, ondanks een Camelback op zijn rug. Aan zijn loopbroekje herken ik de sgt Geert Diederen, de jongste aanwinst van de LO/Sportgroep op de Bernhardkazerne. We maken kort een praatje en brengen gezamenlijk een modern vader-zoon bezoekje aan Dierenpark Amersfoort. De giraffen en lama’s zijn blijkbaar wel wat gewend want kijken niet eens vreemd op van de kudde hardlopers…..

 

Bij het uitgaan van het Dierenpark zie ik sm Gert Humblet zojuist de ingang betreden. Een wonder dat hij deelneemt aan deze afstand. Knieproblemen zorgden er voor dat hij in de laatste maand slechts een (1) lange duurloop kon afwerken. In de voorbereiding kreeg hij al een brace aangemeten en kon toen weer enigszins hardlopen. Zijn besluit om te starten is rationeel gezien niet de slimste met zo weinig trainingskilometers, misschien zelfs dom te noemen, maar als sportman moet je soms je hart volgen. Gert verdient wat mij betreft een standbeeld!

Een paar minuutjes achter Gert kom ik sgt Steven Alberti en sm John de Graaf tegen, die gebroederlijk het grootste deel samen zullen lopen. Maj Arie Slok is de enige die ik in de massa van 1140 marathonlopers onderweg niet weet te spotten.

 

Na de dierentuin gaat het eventjes dezelfde weg terug, onvermijdelijk vanwege de spoorwegovergang die tussen de kazerne en de dierentuin ligt. Dus weer het spoorviaduct over en het mooiste deel van het parcours op: mijn geboortegrond. Het publiek heeft hier een hoog tante-Annie-gehalte, veelal gezeten op tuinstoelen (ondanks de regen die al vanaf ’s ochtends naar beneden miezert) en het is merkbaar gezellig. Tot aan de zij-ingang van het spoorwegemplacement staat het aan beide kanten van het parcours helemaal vol met publiek en iedere deelnemer wordt spontaan aangemoedigd. Op het terrein van de NS is het dan ook merkbaar stil, ook als we door de loods heen rennen.

 

Het blijkt stilte voor de storm te zijn. We bereiken de achteringang van het Centraal Station en gaan een van de hoogtepunten uit mijn sportcarrière beleven. Vanaf binnenkomst van het station is het een oorverdovend kabaal vanuit het tien-rijen-dik gevormde publiek. De twintig trappen omhoog worden vergezeld van continue applaus en muziek. In de stationshal is het zo mogelijk nog heviger en via de vooringang betreden we de BW-laan richting de Bernhardkazerne. Een groter contrast met de volkswijk is bijna niet mogelijk. In Amersfoort wordt het Bergkwartier afgekort tot “de Berg” en dat staat synoniem voor kouwe kak. Als je een mooi huis hebt, blijf je waarschijnlijk lekker binnen en het weinige publiek wat er wel staat, staat apies te kijken. We zijn tenslotte ook op een steenworp afstand van de dierentuin...

 

Overwerk. Dubbele uren schrijven vandaag, want we rennen op 16km wedstrijd via de voorpoort naar de achterpoort van de kazerne. Henjo, die 10 meter achter mij loopt, wijs ik nog trots mijn kantoorplek (pal aan het parcours) aan. Verder is het ook hier een oase van rust, want slechts hardlopers worden toegelaten. De rust is van korte duur, want tijdens de beklimming van de Vlasakkers wordt het hijgen wat hoorbaarder en komt er tekening in de grote groep lopers die tot nu toe nog bij elkaar liepen. Het gaat iets meer dan een kilometer gestaag omhoog en de pacer met de ballonnen met daarop de eindtijd van 3u30 loopt langzaam bij mij vandaan. (Een pace-runner is een zeer ervaren marathonloper die in een vlak schema naar een vooraf bepaalde eindtijd loopt. Alle grote evenementen hebben meerdere van dit soort lopers ingehuurd (voor verschillende eindtijden).) Na de afdaling linksaf de tankoversteekplaats richting de Dumoulinkazerne en op de Amersfoortsestraatweg direct links in de richting van de Stichtse rotonde. Weer omhoog tot aan de ingang van Zon&Schild. De “gekken” hebben vandaag de dag van hun leven. Iedereen heeft plastic opblaas stokken gekregen en mogen zoveel lawaai maken als ze willen. En dat doen ze dan ook…… je vergeet door de gezellige drukte gewoon dat het hier vals plat omhoog loopt. Hier worden we geklokt voor de halve marathon, anderhalve minuut verloren op het schema van 3u30 en mijn benen voelen nu al niet meer kakelvers. Het is gelukkig wel bijna droog en we gaan binnen een paar minuten lekker afdalen.

 

Dat lekker valt dus vies tegen. Laan 1914, de parallelweg naast de A28, is ruim een kilometer lang en de schokbelasting doet zich gelden. Op de Dodeweg, op 26km, begin ik vaag een gevoel in mijn benen te krijgen wat ik gehoopt had pas op 35km te voelen. Het parcours gaat vanaf nu ook niet meer meewerken, het is duidelijk minder afwisselend en leuk dan het eerste deel. Tot 30km nog wel een paar fietstunnels, een parcoursrecord zit er waarschijnlijk vandaag niet in…

 

Dit is dus wat ze altijd bedoelen met het marathongevoel: 30km, mijn voetzolen beginnen te branden; 31km mijn maag begint te klotsen; 32km mijn schouders staan in de fik; 33km mijn bovenbenen gaan richting kramp. Het 35km punt is er ook een om nooit meer te vergeten. IKEA in de nieuwe wijk Vathorst. Een autoviaduct van de eerste categorie, na 100m gevolgd door de beklimming van de buitencategorie over de A1. In het Schothorsterpark krijg ik mijn voeten bijna niet meer opgetild om soepel en vlot de verkeersdrempels te nemen. Aoo Fred Jansen staat op het 37km punt en wat hoor je dan de dag erna: “wat zag je er nog fris uit”! Wat zullen de andere deelnemers dan geleden hebben?

 

Een merkwaardig fenomeen in een duursportevenement: vanaf 40km komen je benen ineens weer op gang, je loopt alweer wat rechter op en je kunt weer wat terug roepen naar het publiek. De laatste kilometer is pas het echte feest, nog een mooi karakteristiek stukje binnenstad en dan sprintend (!) finishen op de “Coolsingel”. De zon begint spontaan te schijnen en bandjes begeleiden de overige 8000 deelnemers, de halve marathon is twee uur later gestart en sloot op ons 27km punt bij ons aan, met gezellige noten in hun laatste meters. Al met al een te gek evenement, blij dat ik mijn nooit-standpunt heb laten varen voor een onvergetelijke ervaring maar ik ben ook blij dat ik de viering van het 800-jarig bestaan waarschijnlijk niet meer mee maak.

 

Met mijn eindtijd van 3u39 ben ik gezien de zwaarte van het parcours wel tevreden, maar vooraf had ik gepland om een negative split te lopen. (De tweede 21km sneller dan de eerste 21km.) In testloopjes lukte dat wel maar in Amersfoort is dat mislukt. Toch te weinig getraind? Teveel gefietst in plaats van lopen?

De woensdag hierna denk ik te weten dat de voorbereiding wel goed was. Ik spreek meerdere ervaren marathonlopers zoals Paul Hundscheidt en Bas Pieterse en zij hebben allen hetzelfde gevoel ervaren van pijnlijke benen al (te) vroeg in de wedstrijd. Een van de “deskundigen” beweert zelfs dat de Midwintermarathon van Apeldoorn, berucht vanwege de heuvelachtige omstandigheden in combinatie met kou, minder zwaar was dan Amersfoort. En de winnende tijd van 2u52 van ex-sportinstructeur Paul Verkleij (twee jaar geleden nog derde in Almere op de hele en winnaar van het Defensiekampioenschap halve marathon in 1u12) zegt ook wel wat over de omstandigheden. Specifieke heuveltraining echter had in de voorbereiding niet misstaan met betere parcourskennis vooraf.

 

De zondagtrainingen vooraf met een deel TVZ en AVZ hebben mij enorm geholpen. Het op elk moment wel met iemand kunnen kletsen als afleiding zorgden voor een relatief makkelijke lange duurloop. Vooraf vond ik een uur al lang, maar de 2 tot 2½ uurs trainingen vlogen werkelijk om. De organisatie van Jelmer de Jong met bus en pasta-party vooraf waren van hoog niveau. Enige minpunt was het niet samen trainen voor de halve, op zondag liep er nu een groep van AVZ om 09:00 en een groep van ons om 10:00, had mooi samen gekund. Het andere minpunt, niet gezamenlijk naar de Chinees na afloop, was achteraf een pluspunt: er kwam meer uit dan dat er in ging. Op die momenten dacht ik toch even weer “nooit meer een marathon”, maar omdat ik mij vanaf dinsdag al weer beter voelde ……….

 

Marathon - wedstrijd M

H40 - 5        Bas Pieterse            2:58:08

H40 - 12       Rene Korporaal         3:05:50

H40 - 48       Johan van Peperzeel  3:33:16

H60 – 12       Ton van Maarseveen 4:04:13

Marathon - recreanten M

22      Jack Weerdmeester            3:17:55

60      Ron Gouw                         3:31:27

67      Paul Hundscheidt               3:32:09

112     Paul Lindeboom                 3:39:59

118     Henjo de Looper                3:41:25

141     Ferry Schrijnewerkers         3:42:47

291     Frank van Schaik               4:00:26

312     Frank Ellenbroek                4:02:42

404     Bas Dekkers                      4:15:35

499     Harry de Meijer                  4:29:10

 

Halve marathon - wedstrijd M

33      Jan Willem Tromp              1:46:09

 

Halve marathon - recreanten M

1        Koen Henkes                    1:18:43

98      Hans de Kam                    1:38:37

133     Rene Oosterhof                 1:39:17

271     John Janssen                    1:43:59

340     Ron Zange                       1:46:21

822     Leon de Ridder                 1:57:32

1534   Ronald Stokkentreef          2:16:54

1728   Theo Schouwenburg           2:30:54

 

Halve marathon - recreanten D

166     Heidie Janssen                  2:02:13

288     Ingrid Munneke                 2:07:06

317     Margreet Haak                  2:08:40

599     Noortje Huiskens               2:30:54

 

10 km - recreanten D

29      Tinka Matthijssen     49:55

 

5 km - recreanten M

456     Henk Veldhuis         36:08

 

 

Paginas Overzicht